De indrukwekkende dialoog tussen Annemieke Nijhof en de Schelde
Annemieke Nijhof (Deltares) kent de grote waarde van de Schelde als geen ander. Op het Scheldesymposium gaf zij een presentatie over haar ervaringen, inzichten en blik op de toekomst. Vooral haar gesprek met de Schelde maakte indruk op de aanwezigen in de zaal. Je leest hieronder de volledige dialoog, geschreven vanuit het perspectief van Annemieke. Wil je de dialoog tussen Annemieke en de Schelde liever luisteren? Luister dan naar een opname van de presentatie.
De stem
Vannacht schrok ik wakker. Misschien droomde ik wel. Ik weet het niet precies, of het nou dromen of slapen was. Ik schrok wakker omdat de Schelde tot mij sprak. De Schelde zei: “Ja, jullie zijn allemaal in discussies bezig met rechten toekennen. Ik kom bij jou mijn recht opeisen: ik wil ook een stem.”
Het karakter
Ik vroeg aan de Schelde: “Maar wie ben je dan, wie ben jij dan?” De Schelde zei: “Ja, ik weet eigenlijk niet eens meer wanneer ik geboren ben. Ergens in het verleden, toen de rivier besloot niet meer de Oosterschelde, maar de Westerschelde te verkiezen. Toen is mijn ware aard ontstaan en ik ben er in mijn gevoel altijd geweest. Het getij is mijn hartslag. Het zand, het slib, het zoet en het zout. Soms ben ik een rivier, soms ben ik de zee, soms ben ik het tegelijkertijd. Dat is eigenlijk mijn ziel. Dat ik Frans ben en dat ik Vlaams ben en dat ik Nederlands ben. Dat is mijn karakter.”
De betekenis
Dus ik zei: “Wat interessant, wat mooi. Maar dat is wie jij bent, Schelde. Maar, wat beteken jij eigenlijk?” En toen vertelde de Schelde aan mij: “Ik ben de basis van het landschap. Ik ben de basis van een uitzicht. Er wonen allemaal mensen om mij heen die geworteld zijn in een gebied en die van mij houden. Hun levensverhaal is onlosmakelijk verbonden met mijn verhaal. Wie hun identiteit ontlenen aan deze plek. En wie, als ze op vakantie zijn geweest, weer terugkomen en zeggen: oh lekker, ik ben weer thuis. Dat is mijn betekenis. Maar ik ben ook de basis en de bakermat voor hele bijzondere ecologie, andere vormen van leven, van een voedselketen. Door dat spel van zand en slib, zoet en zout, is de variëteit ongekend. Het is nooit hetzelfde, het was nooit hetzelfde, het zal nooit hetzelfde zijn. En ik ben natuurlijk ook gewoon heel belangrijk, want ik leg verbindingen; ik maak verbindingen mogelijk. Dat is niet altijd zo geweest. Na de tachtigjarige oorlog is er weleens een tijd geweest dat dat niet zo was. Maar toen het wel weer zo was, was ik eigenlijk de basis voor verbinding tussen een heleboel landen, culturen en mensen. Dat is eigenlijk mijn betekenis.”
De toekomst
Ik zei: “Als dat is wie je bent en als dat je betekenis is, hoe kijk je dan naar jouw toekomst? Ben je bang? Verlang je ergens naar?” “Nou”, zei de Schelde tegen mij, “dat is eigenlijk helemaal niet zo ingewikkeld. Ik wil graag gezond oud worden. Ik zou het fijn vinden als de mensen om mij heen ook naar mijn gezondheid willen kijken en zorgen dat ik in staat ben om die vitaliteit in dat systeem te brengen. Dat er niet teveel troebelheid is. Dat er niet te veel verontreinigende, gevaarlijke stoffen in mij komen. Eigenlijk de al ingezette lijn ter verbetering van de kwaliteit, dat we die weer oppakken. Dat het beter gaat, dat ik fit blijf. Ik wil heel graag mijn eigenheid behouden. Mijn getij, het spel met zand en klei. Ik wil eigenlijk ook graag al die betekenissen behouden. Ik wil die bakermat zijn voor de diversiteit en de ecologie, maar ik wil ook identiteit geven aan al die mensen om mij heen.”
De wensen en behoeften
Ik zei: “Wat heb je daar dan voor nodig, Schelde? Wat moet ik morgen vragen aan de mensen in de zaal als dit is wat jij graag wil?” “Aanpassingsvermogen”, zei de Schelde tegen mij. “Jij bent ooit jouw loopbaan begonnen met pen en papier. Op een afdeling van zestig mensen was er één computer, ponskaarten, een stratenboek van de ANWB in de auto. Jij hebt het toch ook doorgemaakt, die revolutionaire veranderingen? En wat was daarvoor nodig? Een beetje tijd en een beetje ruimte. En een open mind dat iets wat vernieuwt en verandert, niet per se waardeverlies is. Het blijft niet hetzelfde in de toekomst. Het wordt weer anders. Maar laten we wat we waardevol vinden met elkaar vooral behouden. Dus ik heb incasseringsvermogen nodig en ik moet tegen een stootje kunnen. Jullie moeten blijven leren over mij en geef me daarvoor voldoende ruimte en voldoende tijd.” En mijn laatste vraag aan de Schelde was: “Heb je daar een beetje vertrouwen in?” Toen zei de Schelde: “Ja hoor, je mag zo weer gaan slapen.”
De samenwerking
Eigenlijk is de Vlaams-Nederlandse samenwerking een goed bewaard geheim en een voorbeeld van hoe dat in heel veel delen van de wereld ook zou moeten en zou kunnen. Want wat zo mooi is, is dat in die samenwerking de intenties al gedeeld zijn. Dat je erop mag vertrouwen dat de partner waarmee je werkt betrouwbaar is. Dat de partner ook wil wat jij wil. Dat je niet hoeft te vragen: aan welke kant van het touw trek jij eigenlijk? Maar dat je elkaar kunt aanspreken op die intenties. Dus ik denk, Schelde, dat de intenties in goede handen zijn in de Vlaams-Nederlandse samenwerking.
Maar dat is niet genoeg voor vertrouwen. Want je kan denken: wil die vrouw wel wat ik wil? Dan is het antwoord ‘ja’. En dan is de vervolgvraag: kan die vrouw wel wat ze zegt dat ze kan? Lukt het ons om bruggen te slaan tussen al die systemen die verschillend draaien in onze cultuur en in onze belevingswereld? En daarvoor kan ik eigenlijk alleen maar oproepen om te blijven investeren in de Schelde, zodat we voortdurend de Schelde weer aanpassen aan de wensen en eisen van de toekomst. Er is ontzettend veel systeemkennis. Dat is ook echt waarom ik vertrouwen heb in de competenties van de mensen die hiermee bezig zijn. Er is nergens zoveel samen geïnvesteerd in het snappen van het systeem, in kennis en in ontwikkeling. Het is zeer indrukwekkend hoe dat ook al decennialang gebeurt. Maar blijf dat doen, niet alleen omdat we dan nog meer weten. Ook omdat jullie dan nog meer begrijpen over het karakter, de aard, de ziel en de bezieling van de Schelde.
De nieuwe generatie
Tot slot zei de Schelde: “De nieuwe generatie moet zich ook in mij interesseren. Jonge mensen die er over tien, twintig, dertig jaar klaar voor zijn om te doen wat moet en wat wij nu nog niet kunnen zien. Wij kunnen niet weten wat over twintig jaar nodig is. Wat we wel kunnen doen, is zorgen dat er mensen zijn die onze passie overnemen, kennis overnemen en die mij begrijpen als Schelde. Die dan voor mij willen zorgen, met het respect waarmee jullie vandaag voor mij zorgen. Zodat ze weten wie ik ben, maar ook weten wie ik kan worden.